Groenling

Ansen, Drenthe

wonen en werken
Haiko Meijer, Maarten Strik
Haiko Meijer

Hoe komen een vogel en een schuur bij elkaar? Bij het bezoek op de weidse plek op een in onbruik zijnd boerenerf ergens bij Ansen hadden de nieuwe bewoners hun enthousiasme gedeeld over de verten, het uitzicht, licht, de bomen én de natuur. Het was duidelijk; dit was hun ideale plek om werken, wonen en ontspannen in deze verstilde omgeving optimaal te kunnen beleven. Komend uit de drukke stad is bewust gekozen voor deze landelijke geïsoleerde plek om meer van de rust en natuur te kunnen genieten. Alle opstallen waren sloop en recyclerijp, een eigentijds huis die een twist kon geven aan de plek werd in schuurarchitectuur gedacht. Onix NL verkent al decennialang deze richting uit respect voor het boeren culturele erfgoed en heeft ooit een definitie aan schuren gegeven; “een schuur is een functionele ruimte met karakter die uitdaagt tot ander gebruik”. Ter plekke was het duidelijk dat de orthogonale structuur zo vergaan was dat de noodzaak hierop voort te borduren er niet meer was. Er werd juist schoonheid gezien in de afgebrokkelde betonnen stelconplaten gecombineerd met het overwoekerende groen. Bij het verlaten van de plek keek ik nog één keer om een foto te schieten, waarbij ik zelfs de schoonheid van de contour van bebouwing zag. Op zoek naar eigentijdse vertalingen van context leek het mij interessant een dierlijk gebouw en een schuurachtig gebouw met elkaar te combineren. De twist kon letterlijk een slinger zijn die het voor en achtererf vanzelfsprekend van elkaar konden scheiden. Deels een schuur, deels een van het land opvliegende vogel kon als idee heel goed landen op de plek, aansluiten bij de persoonlijke behoeften van de nieuwe plattelanders en ruimte geven tot het wonen werken en ontspannen in elkaars nabijheid. Ik noemde het huis Oregon House, maar na het zien van het ontwerp kwam spontaan de reactie; “een vogel! Mijn lievelingsvogel is een Groenling” en het was duidelijk dat dat de beste naam voor het huis was en is. De vogel, loskomend van de grond vliegend, en de schuur, staand op de grond herbergend, zijn bij elkaar gekomen en vormen een nieuw wezen, een mooi voorbeeld van Onix’ “schuren aan schuren”.

De volledige buitengevel en het kozijnhout zijn gemaakt van Oregon pine. Er zijn twee typen ramen; de grote open raampartijen welke het volume los detailleren van de grond, en de kleine openingen in de wand met zijn specifieke afgeschuinde dagkanten welke veel intimiteit geven en ook veel licht. De afwisselende hoge en lage ruimten in het volume hebben allemaal hun eigen plek gekregen. Er is met betrekking tot warmte, natuur en zicht gekozen voor een sedumdak, de opbouw van de constructie is afwisselend steen en hout. De installatie is een luchtwater warmtepomp en een groot dakoppervlakte van zonnepanelen. Het recyclen van de voormalige boerderij vindt zijn plek deels in het opnieuw gebruiken van oude betonverharding, stenen gruis als halfverharding op het lange oprijpad en het hergebruik elders van de stalen schuurspanten.

De route naar Groenling biedt wisselende perspectieven op het huis. Je krijgt een hoog Western range gevoel rijdend over het half verharde pad, het toekomstige voedselbos indachtig en vanuit een hoek slingerend het werkerf op. Aan de oostkant van het huis ligt het erf open richting landschap, aan de westkant van het huis ligt de beschutte ruige tuin die zich in de toekomst nog verder moet ontwikkelen.

Aan het erf liggen de entrees van de carport, werkplaats, berging, atelier, kantoor en woonhuis. Het huis bestaat uit een meer gesloten schuurdeel, waar het werken en slapen voor gasten in verborgen zit, en een opener “vogeldeel”, waar het wonen en ontspannen een plek krijgen. De combinatie van een orthogonale structuur met wijkende horizontale en verticale lijnen levert een zeer levendig eigentijdse schuurarchitectuur op in “Western Drenthe”.